Vijf plus één
Johan Claassen, Wim Claessen, Vincent Hamel, Bart Kelholt, Warffemius én Dorien Melis
7 november t/m 13 februari 2022
Johan Claassen
Eerder schreef ik over het werk van Claassen: ‘Authenciteit, bezieling, mystiek, grote woorden die zonder enig probleem van toepassing zijn op het beeldend werk van Johan Claassen (1943). Dat komt, denk ik, omdat hij niet over het materiaal heerst als een “macher”, maar het gevonden toeval een handje helpt. Hij ontpelt, omwikkelt, decoupeert, schroeft verbeelding aan elkaar of maakt vrij. Hij is één van de weinige kunstenaars wier droomwereld ook in wakkere toestand blijft bestaan waardoor hij ontvankelijk is voor het toevallige, het absurde en het ongerijmde.’ Op deze expositie wordt een reeks van zijn houten objecten met acrylverf getoond. Beelden welke doordesemt zijn met humor om de melancholie en onbestemde treurigheid draaglijk te maken.
Wim Claessen
Zijn schilderijen gaan over verstilde mystiek. Met dunne, bijna transparante verflagen dompelt hij zijn landschappen in een melkachtig noordelijk licht, onbestemd, een beetje unheimisch. Hij laat weg wat afleidt of voegt juist iets toe, een verlaten benzinepomp of boothuisje bijvoorbeeld, dat accent geeft aan het verlatene, aan dat wat eens was.
Er is veel water in zijn schilderijen. Niet door stormen geteisterd water, maar koel water, ietwat afstandelijk water. Niet iets om jubelend in te gaan pootje baden. Hij schildert als een sobere, kale verteller en laat aan de beschouwer over wat er tussen de regels staat.
Vincent Hamel
is de meester van het vlak, monochroom op het eerste gezicht, tintelend bij nadere beschouwing. Een van zijn schilderijen heeft aks titel ‘A quiet place’. Je zou kunnen denken dat dit een toepasselijke titel is voor meer van zijn werken, maar schijn bedriegt: zijn werken op doek en paneel zijn uiterst gestructureerd, niet als een grit of mathematisch maar
doorleeft en bergachtig. De jaren van lief en leed zijn er in opgeslagen. Monochrome werken die voldoende houvast bieden om je aan op te trekken. Op het grensvlak van chaos en rust gebeurt het. ‘Zo tracht ik’, zoals hij zelf schreef, ‘mijn werk een weerspiegeling te laten zijn van de betrekkelijkheid van het bestaan en de dingen die daarin onveranderlijk blijven, zoals een windstil graslandje bijvoorbeeld, dat zich niets aantrekt van de toestanden in de wereld en rustig blijft voorbestaan.’
Bart Kelholt
Hoe bescheiden van formaat ook, vaak nauwelijks groter dan een flinke klinker, hebben de bronzen (muur)objecten van Bart Kelholt (1946) een monumentale allure. Kenmerkend voor Kelholts objecten is de minimalistische vorm daarvan. Ze zijn eenvoudig en gecompliceerd
tegelijkertijd: wat is binnen, wat buiten en wat verbergt het object, als dat al het geval is? Ze worden terecht vaak aangeduid als aards, doorleefd, krachtig, hoekig en autonoom.
En dan dat patine van de beelden, alsof het archeologische vondsten zijn uit een tijd van een nog onbekende architecturale cultuur. Deze beelden hebben verhalen.
Warffemius
‘Onbotten’ is een werkwoord, dat elk voorjaar aanschouwt kan worden. Het wonder van de fase van nieuw bomen- en plantenleven. ‘Ontbotte’ kunst is een toestand waar een lang proces van groeiend vakmanschap, inspiratie, experiment en het vinden van een eigen weg aan vooraf is gegaan. Dat is het geval bij het werk van Warffemius. Zijn beeldend werk heeft de fase van verrukking bereikt. Het past en is in balans, in harmonie. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het water stil staat, integendeel. Onbotten blijft een werkwoord, maar de wortels, ook al zie je die niet afgebeeld op het werk van Warffemius, zijn onverminderd sterk en zij dragen elke zwier die de kunstenaar in waterige acrylverf op doek of papier aan zijn takken, stengels en bladeren geeft. Zijn werk komt uit de grond vol schimmels en zwammen en reikt naar het licht, zoals ook zijn open beelden van staal dat doen,
én
Dorien Melis
‘Minimal music-achtig visueel gedicht’, zoals Johan Claassen over haar werk heeft gezegd.
Wat valt daar aan toe te voegen? Dorien Melis (1938-2021) maakte op doek of paneel overwegend kleine schilderijen, welke herinneringen verbeelden door lijnen te trekken langs iets grotere vormen. Die herinneringen hebben vast iets te maken met spiegelingen in het
water, horizonten in de avondschemering of zoiets als de koele stralen van de ochtendzon die door lichte gordijnen de slaapkamer binnen komen waaien. Haar werken hebben titels als ‘Waterleven’, ‘Kleine cantate’, ‘Nachtlied’ en ‘Tussen de regels’. Schilderijen welke het kwetsbare weergeven dat in beschermende handen wordt genomen. Minimal music-achtige visuele gedichten.
–
–
–
–
Bekijk hieronder een serie kunstwerken.
Klik op de foto voor een diavoorstelling op maximaal formaat.
Navigeer vervolgens met de pijlen.
© KuuB